Joke bij Famara
'Iemand om aan te vertellen wat niet van belang is’
Wat kunnen dichters toch een overrompelend
gevoel in één zinnetje vangen. Judith Hertzberg gebruikt bovenstaand regeltje als
titel van een kort gedicht, eind vorige eeuw. Het regent, haar nieuwe schoenen
lekken en ze wil dat iemand vertellen. Maar ze kan het alleen in haar hoofd aan
iemand kwijt.
Hoe
herkenbaar, als je opnieuw alleen achter blijft. Aan wie moet ik vertellen over
de korte vakantie die ik net heb meegemaakt. Hoe ik je miste op de mountainbike.
Dat ik er aan dacht dat je een vorige keer, midden in de zand- en keienwoestijn,
de hand uitstak naar rechts. Geen mens te zien, maar eenmaal een verkeersdiploma,
altijd gedisciplineerd.
Dat
ik natuurlijk ook weer Anja in gedachten kreeg, waar de routes van de 3- en 4-kilometer
run bij elkaar komen. En hoe zij tijdens haar drafje op het laatst hetzelfde
zinnetje in haar hoofd opdreunde: ‘Weg, weg, kankertje ga weg’.
Anja 1995 in Arriëta
Het
kankertje ging niet weg en kreeg ook jou, Joke, te pakken een kwart eeuw later.
Gelukkig
was Ingrid er wel bij op La Santa, gezellig vertellend over de zweminstructie waaraan
ze meedeed en over de danslessen. Van haar kreeg ik toch nog een complimentje
voor mijn eenzame mountainbike avonturen op mijn 74ste. Zij verzachtte het
gemis aan jullie, die zo horen bij deze sportieve vakanties.
Het
bundeltje van Judith Herzberg las ik in het vliegtuig op de terugweg. Op de erste
pagina noteer ik vaak wanneer ik een boek gekocht of van wie ik het gekregen
heb. ‘Joke’ staat er en ‘okt. 2003’. Vreemd. In oktober ben ik niet jarig.
Waarom zou ze me toen zomaar een poëziebundeltje cadeau hebben gedaan?
De
zoekterm oktober 2003 levert iets op in mijn geheugen: gestopt met werken, althans
in loondienst. Op mijn 58ste maakte ik gebruik van een vervroegde uittredingsregeling.
Bij die gelegenheid zal ze me verrast hebben met Judith Herzberg, wetend dat ik
haar versie van het Hooglied zo waardeerde.
Dat
doe je dus als je elkaar goed kent, een simpele verrassing. Zoals je ook open
staat voor de onbelangrijke
gebeurtenissen van de ander.
En
hoe nu verder?
In
het boekje staat ook het gedicht Afscheid. Dat gaat niet alleen over het
afscheid van iemand maar vooral ook over ouder worden en afscheid nemen van al het
voorafgaande. ‘Het afscheid komt er alweer aan/op heel oude benen./ De treden
van de dagen/ worden dagelijks hoger./’
Ik
snap het, maar ik wil me er nog niet bij
neerleggen dat treden te hoog kunnen zijn. Ook op oudere leeftijd, ook als je
alleen raakt, kun je nog keuzen maken, is er nog van alles mogelijk.
Ik
zag deze week een voorvertoning van de nieuwe Nederlandse film ‘Mi Vida’ (Mijn
Leven) met Loes Luca in de hoofdrol. Zeer de moeite waard als die volgende
maand in première gaat. Een oudere vrouw staat voor de keuze nog een heel
nieuwe weg in te slaan of door te gaan op het pad dat haar omgeving van haar
verwacht. ‘Wat wil ik nog met mijn leven?’ Dat is naar mijn gevoel een kernzin
in de film. Niemand anders dan zijzelf kan uiteindelijk die keuze maken. Ik
herken die vraag o zo goed nu. Maar dat is verder voor niemand van belang.
Arnold Verplancke
Geen opmerkingen:
Een reactie posten